Articles

Xenogene transplantatie: een actuele zorg

Xenogene transplantatie wordt gedefinieerd als de transplantatie van levende xenogene cellen, weefsels of organen. De term omvat bovendien het in vivo gebruik van menselijke lichaamsvloeistoffen, cellen, weefsels of organen die ex vivo contact hebben gehad met dit levende xenogene materiaal. Xenogene transplantatie heeft het potentieel om het beperkte aanbod van menselijk materiaal voor transplantatie aan te vullen en kan zelfs een alternatief worden.

xenotransplantatie levert echter specifieke immunologische problemen op voor de ontvangers. Ook kunnen er ziekteverwekkers van de dierlijke bron naar de ontvanger, en vervolgens naar de bevolking, worden overgebracht. Immunosuppressie, inadequate of onbestaande diagnostische hulpmiddelen en het ontbreken van een effectieve therapie vergroten deze risico’s. Ethische vragen bij xenotransplantatie zijn onder andere of potentiële ontvangers (en mogelijk hun familie en andere naaste contacten) vrijwillige, geïnformeerde toestemming hebben gegeven. Een bijkomende vraag is of de controle van de ontvangers verplicht moet worden gesteld, samen met inperkingsmaatregelen wanneer overdracht van een dierpathogeen wordt vermoed. Andere overwegingen hebben betrekking op de ethiek van het gebruik van dieren als bron van materiaal voor transplantatie bij mensen.

In verscheidene landen wordt xenotransplantatie nu gebruikt in klinisch onderzoek, en in sommige gevallen is het een onderdeel van de medische praktijk. Er zijn xenotransplantatie-experimenten gerapporteerd in landen die geen regulerend toezicht hebben. Bovendien brengt “xenotransplantatietoerisme” door patiënten die bereid zijn te betalen voor onbewezen ingrepen in landen zonder adequate controles, het risico met zich mee van wereldwijde verspreiding van nieuwe pathogenen en kan het dit prille veld ondermijnen.