De gebiedende wijs wordt vaak gebruikt met een vocatief. Dit is wanneer je de naam van een persoon noemt of een andere manier om de persoon aan te duiden aan wie een bevel of verzoek wordt gericht.

• David, kom hier!
• Kom hier, David.
• Hé, jij, stop met praten!

De vocatief kan een zelfstandig naamwoord zijn, het voornaamwoord jij, of een zelfstandig naamwoord zinsdeel. De vocatief kan voor of na de hoofdzin komen.Een vocatief maakt deel uit van veel vragen.

• Peter, weet jij waar ik de DVD heb gelaten?
• Heb je Chris onlangs nog gezien, Jenny?

Een vocatief wordt ook gecombineerd met een vragende bijzin om een verzoek te vormen.

• Tony, wil je me de hamer aangeven?
• Kan ik je even onder vier ogen spreken, Sue?

Wanneer een vocatief wordt gebruikt met een gebiedende bijzin, is de zin meestal een bevel.

• Sam, ga daar af!
• Jij, kom terug!

Een bevel kan ook worden geformuleerd als een verzoek.

• Wil je nu ophouden met praten, schat, en gaan slapen.
• Wil je daar af gaan, alsjeblieft, Sam.

Een praktische reden om een vocatief te gebruiken is om het ontbrekende maar begrepen onderwerp aan te vullen, zodat de juiste persoon het bevel of verzoek zal begrijpen, en ernaar zal handelen.