Articles

Wondherstel en regeneratie

De huid is het grootste orgaan van de mens en heeft vele functies. Daarom vertoont de genezing van een huidwond een buitengewoon mechanisme van cascade van cellulaire functies dat uniek is in de natuur. Aangezien genezings- en regeneratieprocessen in alle delen van het menselijk lichaam plaatsvinden, concentreert dit overzicht zich op de genezingsprocessen van de huid en worden de klassieke fasen van wondgenezing belicht. Terwijl regeneratie de specifieke vervanging van het weefsel beschrijft, d.w.z. de oppervlakkige opperhuid, mucosa of foetale huid, vertoont huidherstel een aspecifieke vorm van genezing waarbij de wond geneest door fibrose en littekenvorming. De eerste fase van acute wondgenezing is gewijd aan hemostase en de vorming van een voorlopige wondmatrix, die onmiddellijk na het letsel optreedt en na enkele uren voltooid is. Bovendien wordt in deze fase het ontstekingsproces op gang gebracht. De ontstekingsfase van de wondgenezingscascade wordt geactiveerd tijdens de stollingsfase en kan ruwweg worden verdeeld in een vroege fase met rekrutering van neutrofielen en een late fase met het verschijnen en de transformatie van monocyten. In de proliferatiefase ligt het zwaartepunt van het genezingsproces bij het herstel van het wondoppervlak, de vorming van granulatieweefsel en het herstel van het vasculaire netwerk. Daarom worden, naast de immigratie van lokale fibroblasten langs het fibrinenetwerk en het begin van reepithelisatie vanaf de wondranden, neovascularisatie en angiogenese geactiveerd door capillaire scheutvorming. De vorming van granulatieweefsel stopt door apoptose van de cellen, waardoor een volgroeide wond zowel avasculair als acellulair wordt. Tijdens de rijping van de wond ondergaan de componenten van de extracellulaire matrix bepaalde veranderingen. Het fysiologische eindpunt van wondherstel bij zoogdieren is de vorming van een litteken, dat rechtstreeks verband houdt met de omvang van het ontstekingsproces tijdens de wondgenezing.