Articles

Wendell Meredith Stanley

Verhuis naar het Westen

Het volgende keerpunt voor Stanley kwam tot stand door een andere toevallige omstandigheid. Gordon Sproul, president van de Universiteit van Californië, was op zoek naar een man om een nieuwe biochemische afdeling te leiden in Berkeley. Hij en Stanley ontmoetten elkaar toen hun vliegtuigen door mist aan de grond bleven, en zij werden het in principe eens over een gezamenlijke toekomst. De oprichting van een afzonderlijk onderzoekslaboratorium, het Virus Laboratory, door de Californische wetgever maakte deel uit van de deal. In 1948 verhuisde Stanley naar Berkeley, waar hij in de loop van de volgende vijf jaar zowel de biochemische afdeling als het Virus Laboratory met succes bemande.

Stanley’s belangstelling was verschoven van plantenvirussen naar menselijke ziekteverwekkers, met name het influenzavirus. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was zijn voornaamste doel de ontwikkeling van een vaccin tegen dit virus. Op Berkeley werd onderzoek gedaan naar plantaardige, bacteriële en dierlijke virussen; Stanley’s grootste belangstelling ging uit naar dierlijke virussen, met poliomyelitis als zwaartepunt. In de daaropvolgende jaren ging zijn belangstelling meer uit naar tumor-veroorzakende virussen. Van verscheidene van deze virussen was beschreven dat zij bij kippen of konijnen tumoren hadden uitgelokt die leken op kwaadaardige tumoren bij de mens. De overtuiging dat vele of alle kwaadaardige tumoren te wijten zouden kunnen zijn aan virussen vond in Stanley een nieuwe voorstander en profeet. Dit aspect van zijn loopbaan kreeg een bekronende erkenning toen hij in 1970 voorzitter was van het Tiende Internationale Kanker Congres.

Stanley ontving vele onderscheidingen en prijzen. Naast de Nobelprijs voor scheikunde in 1946, die hij deelde met John Northrop en James Sumner, waren er een Presidential Certificate of Merit en de Franklin Medal in 1948, een onderscheiding van de American Cancer Society in 1959, en meer dan een dozijn eredoctoraten. Stanley ging in 1969 met pensioen als directeur van het Virus Laboratorium. Hij overleed in Salamanca, Spanje, op 15 juni 1971.