Op 15 augustus 1969 werd het Woodstock muziekfestival geopend op een stuk landbouwgrond in White Lake, een gehucht in het stadje Bethel in de staat New York.

Promotors John Roberts, Joel Rosenman, Artie Kornfield en Michael Lang hadden het festival oorspronkelijk bedacht als een manier om fondsen te werven voor de bouw van een opnamestudio en een rock-and-roll retraite in de buurt van het stadje Woodstock, New York. De oude kunstenaarskolonie was al een thuisbasis voor Bob Dylan en andere muzikanten. Ondanks hun relatieve onervarenheid slaagden de jonge promotors erin een reeks topacts aan zich te binden, waaronder de Jefferson Airplane, de Who, de Grateful Dead, Sly and the Family Stone, Janis Joplin, Jimi Hendrix, Creedence Clearwater Revival en vele anderen.

De plannen voor het festival liepen echter spaak, nadat zowel Woodstock als het nabijgelegen stadje Wallkill toestemming hadden geweigerd om het evenement te houden. Melkveehouder Max Yasgur schoot op het laatste moment te hulp en gaf de promotors toegang tot zijn 600 hectare land in Bethel, zo’n 50 mijl van Woodstock.

LEES MEER: 5 Reasons Why Woodstock ’69 Became Legendary

15

15 Images

Eargente schattingen van de opkomst stegen van 50,000 tot ongeveer 200.000, maar tegen de tijd dat de poorten open gingen op vrijdag 15 augustus, stonden er meer dan 400.000 mensen te dringen om binnen te komen. Degenen zonder kaartjes liepen gewoon door gaten in de hekken, en de organisatoren waren uiteindelijk genoodzaakt het evenement gratis te maken. Folkzanger en gitarist Richie Havens trapte het evenement af met een lange set, en Joan Baez en Arlo Guthrie traden ook op vrijdagavond op.

Hoewel Woodstock de promotors bijna bankroet had gemaakt, compenseerde hun eigendom van de film- en opnamerechten de verliezen ruimschoots na het uitbrengen van een hit-documentairefilm in 1970. Latere muziekfestivals, geïnspireerd door het succes van Woodstock, slaagden er niet in om zijn standaard te evenaren, en het festival staat voor velen nog steeds als een voorbeeld van de Amerikaanse tegencultuur van de jaren 1960 op zijn best.

LEES MEER: Woodstock, het legendarische festival van 1969, was ook een ellendige modderpoel