Articles

Shakespeare of London

Zoals het vorige antwoord aangeeft, is er een periode in Shakespeare’s leven die bekend staat als de Verloren Jaren (1578-82 en 1585-92). Wanneer biografen en historici proberen Shakespeare’s leven te traceren aan de hand van documentair bewijsmateriaal – kwitanties, rekeningen, brieven, belastingrollen, aanslagen – vertegenwoordigen deze perioden een leegte in Shakespeare’s leven. In de loop der jaren zijn veel theorieën naar voren gebracht, waaronder een theorie volgens welke Shakespeare gevangen werd gezet omdat hij stelselmatig herten en andere dieren had gestroopt in een koninklijk reservaat dat aan Henry Lucy toebehoorde. Anderen speculeren dat hij wegliep van zijn verantwoordelijkheden als echtgenoot en vader in Stratford-upon-Avon en zich verborg tussen de anonieme menigte van Londen.

Zoals Stephen Greenblatt heeft betoogd, zou Shakespeare zich echter in het volle zicht kunnen hebben verborgen. Het is mogelijk, misschien zelfs waarschijnlijk gezien Shakespeare’s interesses, dat hij zich aansloot bij een rondreizend acing gezelschap – The Queen’s Men – toen zij in 1587 naar Stratford kwamen en een acteur nodig hadden om een lege plaats op te vullen. (Stephen Greenblat, Will in the World: How Shakespeare Became Shakespeare. New York: Norton, 2004). Als dit het geval is, en het is mogelijk, zo niet waarschijnlijk, dan zou Shakespeare zijn acteeropleiding begonnen zijn in of rond 1587. Hoe hij zijn daden aan zijn familie zou hebben uitgelegd zullen we nooit weten omdat er geen bewijsstukken zijn om op terug te vallen.

In deze periode zouden toneelgezelschappen zoals The Queen’s Men naar steden in de periferie van Londen zijn gereisd om voorstellingen te geven en dan, tijdens het Londense theaterseizoen, hun activiteiten hebben verplaatst naar een van de theaters aan de overkant van de Theems van de stad. Als Shakespeare als leerling werd beschouwd, zou hij elk denkbaar baantje in het gezelschap hebben gehad, een ervaring die alleen maar een solide basis kon opleveren in de kunst van het produceren, het opzetten van scènes en rekwisieten – het mechanisme waarmee toneelstukken in die tijd indruk maakten op het publiek. En als leerling-acteur zou Shakespeare vele rollen hebben gespeeld, waaronder, als hij er jongensachtig genoeg uitzag, af en toe vrouwelijke personages.

Dus, de Verloren Jaren zijn, in zekere zin, alleen voor ons verloren: Shakespeare kan een substantieel deel van zijn vak geleerd hebben in die jaren. Tenzij er aanvullend bewijsmateriaal opduikt, zullen we het niet weten, maar we kunnen het ons, net als Shakespeare, wel voorstellen.