Articles

Rafael Trujillo

Dictatuur

In het begin van 1930, nadat de Dominicaanse president Horacio Vasquez het hoofd had moeten bieden aan opstanden en er een voorlopige regering was ingesteld, noemde Trujillo zichzelf kandidaat bij de nieuwe presidentsverkiezingen.

Tijdens Trujillo’s campagne organiseerde hij een geheime politiemacht om aanhangers van de tegenkandidaat te martelen en te vermoorden. Niet verrassend won Trujillo de verkiezingen met een ruime meerderheid.

Tijdens zijn extra jaren als president bleef Trujillo zijn macht gebruiken voor persoonlijk gewin. Hij kreeg totale controle over alle grote industrieën en financiële instellingen. Het land zag enkele verbeteringen in de economie, maar die bleven vooral beperkt tot de hoofdstad. Ondertussen werden op het platteland hele boerengemeenschappen ontworteld om de weg vrij te maken voor Trujillo’s nieuwe suikerplantage.

Trujillo zelf verdedigde zijn bewind met de uitspraak: “Wie niet weet hoe te bedriegen, weet niet hoe te regeren.”

Trujillo stond erom bekend dat hij de Haïtiaanse migranten in de Dominicaanse Republiek bijzonder streng behandelde en hun burgerlijke vrijheden opzettelijk negeerde. In 1937 ging hij zelfs zover dat hij het bloedbad onder duizenden Haïtiaanse immigranten organiseerde.

Dood

Trujillo bekleedde officieel het presidentschap tot 1938, toen hij een marionettenopvolger koos. Hij hervatte zijn officiële ambt van 1942 tot 1952, maar bleef daarna met geweld regeren tot aan zijn dood in 1961. Tegen het einde van zijn leven kreeg hij te maken met groeiende oppositie van de Dominicaanse burgers en met buitenlandse druk om zijn bewind te versoepelen. Hij begon ook de militaire steun van het leger te verliezen, waarbij de CIA manoeuvreerde om hem uit de macht te krijgen.