Quick Q&A: Als ik sterf, ga ik dan naar de hemel of naar de hel?
Antwoord: De meesten van ons is geleerd dat wanneer we sterven we onmiddellijk ergens heen gaan voor een vorm van beloning of straf. De Bijbel zegt eigenlijk iets anders. De Bijbel beschrijft de dood als een soort slaap. En het laat zien dat de doden slapen in het graf, in afwachting van ofwel een opstanding tot het oordeel, ofwel een opstanding tot het eeuwige leven.
In Prediker 9:5 lezen we: “Want de levenden weten dat zij zullen sterven; maar de doden weten niets, en zij hebben geen loon meer, want de herinnering aan hen is vergeten.” En in 1 Tessalonicenzen 4:13-15 staat: “Maar ik wil niet, broeders, dat gij onwetend zijt omtrent hen, die ontslapen zijn, opdat gij niet bedroefd zijt als anderen, die geen hoop hebben. Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven en wederopgestaan is, zo zal God ook hen, die in Jezus ontslapen, met Zich brengen. Want dit zeggen wij u door het woord des Heren, dat wij, die leven en blijven tot de komst des Heren, geenszins zullen voorgaan op hen, die ontslapen zijn.”
Ziet gij het? Hoe schokkend dit ook mag lijken, de Bijbel leert ons dat wanneer wij sterven, wij dood blijven tot de opstanding. De apostel Paulus spreekt nooit over de doden als levend in de hemel of de hel! Hij verwijst naar overleden christenen als degenen die “slapen” in Jezus. Slaap wordt gebruikt als een metafoor voor dood. Denk hier eens over na: als we allemaal naar de hemel gingen toen we stierven, wat zou dan de noodzaak zijn voor een opstanding? Toch spreekt de Bijbel keer op keer over de hoop van de opstanding!
De verandering komt, en trouwe christenen zullen het geschenk van het eeuwige leven ontvangen. De Bijbel openbaart dat de gelovige christenen die in het geloof gestorven zijn, bij de wederkomst van Jezus Christus zullen worden opgewekt, terwijl degenen die bij Zijn komst in leven blijven, op dat moment veranderd zullen worden. Dit wordt als een geheimenis beschreven in 1 Korintiërs 15:51-52: “Zie, ik zeg u een geheimenis: Wij zullen niet allen slapen, maar wij zullen allen veranderd worden – in een ogenblik, in het twinkelen van een oog, bij de laatste bazuin. Want de bazuin zal klinken, en de doden zullen onomkoopbaar worden opgewekt, en wij zullen veranderd worden.”
Op dat moment zullen wij met Christus, onze Verlosser, zijn, en wij zullen “het Lam volgen, waar Hij ook gaat” (Openbaring 14:4). Niet naar de hemel en niet naar de hel, maar naar Jezus Christus, onder wie wij zullen dienen als Hij regeert over het Koninkrijk van God.