Main Page | Groups and Assignments | Bios | History | Harlem | Diversity Today | Help

Colonial America | Early America | Modern America

African Amerikanen in Harlem vers van migratie

Map van Grote Migratie

De Grote Migratie die in 1916 begon betrof de massale uittocht van Afrikaanse-Amerikanen van de boerderijen in het Zuiden naar de industriesteden in het Noorden. Van 1916 tot 1918 migreerden meer dan 400.000 Afro-Amerikanen uit het zuiden, of gemiddeld zestienduizend per maand en vijfhonderd per dag.
Typisch voor elke migratiebeweging waren er push- en pull-factoren die de Grote Migratie op gang brachten. De economische factoren waren de verwoesting van de oogsten in het Zuiden en de groeiende vraag naar arbeidskrachten in het Noorden.

Er waren veel duwende factoren in het spel. Een klein insect, de bolletjekever, raasde over het Zuiden en verwoestte hun belangrijkste gewas, katoen, terwijl duizenden landarbeiders werden verdreven. Tussen 1890 en 1910 was de politieke stuwende factor de invoering van de Jim Crow-wetten, die de Afro-Amerikaanse gemeenschap onder meer het kiesrecht ontnamen door middel van wetten die hen verhinderden te stemmen door middel van eigendomseisen, alfabetiseringsproeven, poll taxes en de “grootvaderclausule”. Bovendien moesten zij dagelijks leven met de angst te worden gelyncht in het Zuiden; elke week werden minstens twee mensen gelyncht.

Er waren ook veel aantrekkende factoren in het spel. Het tekort aan arbeidskrachten in het Noorden werd veroorzaakt door de Eerste Wereldoorlog, die een grotere vraag naar arbeidskrachten genereerde en ook het aanbod van arbeidskrachten in het Noorden verminderde. Industrieën in het Noorden hadden arbeiders nodig om materiaal voor de oorlog te produceren. De instroom van Europese immigranten werd door de oorlog een halt toegeroepen; in 1918 waren er bijna evenveel Europeanen die de Verenigde Staten verlieten als er binnenkwamen.