Contact een familie
Worster-Drought syndroom is een niet-progressieve aandoening. De verschijnselen zijn onder andere moeilijkheden met de vrijwillige bewegingen van lip, tong en gehemelte. Soms zijn er veranderingen in de vorm van de kaak en de stand van de tanden, zodat gebitsverzorging belangrijk is.
De eerste aanwijzing voor de aandoening is meestal wanneer de baby moeilijkheden heeft met voeden; degenen die het ernstigst getroffen zijn, hebben zuigproblemen en moeten soms enkele maanden sondevoeding krijgen. Problemen met kauwen en slikken kunnen optreden wanneer vast voedsel wordt geïntroduceerd, wat kan leiden tot het inademen van voedsel. Deze problemen kunnen in de loop van de eerste twee tot drie jaar geleidelijk verbeteren, maar kunnen ook vele jaren aanhouden. Dribbelen komt vaak voor, maar kan in de loop van de kinderjaren gestaag verbeteren. Er is ook een ernstige spraakachterstand (zie onder Spraak- en taalstoornissen). Als gevolg van de slikproblemen kunnen middenoorinfecties vrij frequent voorkomen en geleidingsverlies van het gehoor veroorzaken. Een lichte vertraging bij lopen en rennen met onhandigheid van de handen met lichte spasticiteit (stijfheid) komen vaak voor. De meeste kinderen hebben milde of matige leer- en gedragsproblemen (zie leerproblemen), die hyperactiviteit en autismespectrumstoornis kunnen omvatten. In een significante minderheid kan ook epilepsie voorkomen.