Articles

Ťaháky-referáty.sk

Het Colosseum was het geschenk van de keizer aan de Romeinen. Zonder twijfel was het niet alleen een amfitheater. Het werd een symbool van macht en majesteit van de keizer, Rome en de Romeinse samenleving.

De bouw begon in het jaar 71 CE in opdracht van de nieuwe Romeinse heerser Vespasianus. De eerste spelen vonden plaats in 80 n.C. en duurden 100 dagen. De laatst bekende gladiatorengevechten vonden plaats in 434-5 en het gebouw werd beschadigd door een aardbeving rond de vijfde eeuwwisseling.

Zo hebben vele generaties genoten van de spektakels die in het Colosseum werden ondergebracht. Dit roept de vragen op; waarom heeft het Colosseum eeuwenlang menigten aangetrokken en wat is de magie ervan?

De symboliek van het Flavisch Amfitheater begint al op de plaats zelf. Vespasianus besloot het grootste amfitheater van Rome te bouwen op het drooggelegde meer, dat had toebehoord aan het gehate Gouden Huis van zijn voorganger Nero.

Dit zou Vespasianus’ boodschap aan de Romeinen kunnen zijn, waarin hij een nieuw tijdperk van politiek voor het volk aankondigde. Het ligt in het centrum van Rome en zijn massieve structuur is van verre te zien. De grote muren van het amfitheater dragen niet alleen het enorme gewicht, maar symboliseren ook de ‘grootsheid’ van het Romeinse Rijk en de keizer zelf.

Terwijl de façade van het Colosseum een symbool is van Rome zelf, was het de organisatie van de zitplaatsen die de hedendaagse Romeinse samenleving weerspiegelde. De zitplaatsen waren even verdeeld als de Romeinse klassen.

De verticale scheiding van de zitplaatsen van het Colosseum lijkt dezelfde te zijn als die welke in het Romeinse theater werd toegepast. Zo zouden senatoren, priesters van de belangrijkste religieuze culten en belangrijke buitenlandse bezoekers op het podium van het amfitheater hebben gezeten (p. 12).٭ De zitplaatsen onder senatoren hingen wel af van hun invloed voor de senaat. Zo konden alle toeschouwers de recente belangrijkheid van hen zien. Hoger zaten de ridders, verder naar boven de Romeinse burgers. Augustus ging zelfs zo ver dat hij deze afdeling in verdere blokreservaten onderverdeelde, bijvoorbeeld gehuwde mannen, soldaten, minderjarigen en hun voogden (p. 12). ٭

Het was duidelijk dat de keizer en zijn gevolg de beste plaatsen bezetten. De keizerlijke loge bevond zich aan de onderkant van de korte as van het amfitheater. Zo had hij het beste uitzicht en kon iedereen hem zien. Tegenover hem zaten de belangrijkste vertegenwoordigers van de stad, het vrouwelijke deel van de familie van de keizer en de maagden. Zoals D.L. Bomgardner zegt in zijn boek ‘The story of the Roman Amphitheatre’ bood het ‘ruimschoots gelegenheid voor het uitwerken van zulke delicate beslissingen van protocol als het ging om de toewijzing van zitplaatsen’.

De menigten kwamen vooral voor het vermaak van de gladiatorenspelen. Zelfs Seneca schreef in een van zijn Brieven ‘Ik wipte toevallig binnen op een middagvoorstelling, op zoek naar vermaak, geestigheid en wat ontspanning’.

Op een gewone ‘voorstellingsdag’ vonden drie gebeurtenissen plaats: een beestenshow in de ochtend, de terechtstelling van misdadigers in de middag en gladiatorengevechten in de middag.

De gladiatorenspelen vonden bij verschillende gelegenheden plaats. Pline de Jonge meldt in zijn ‘Brief aan Valerius Maximus’ een van de vele voorbeelden ‘…de voortreffelijke vrouw die u zo dierbaar was, aan wier nagedachtenis u een openbare begrafenis hulde verschuldigd bent’.

Volgens de contemporaine schriftelijke bronnen (b.v. van Martial of in Apeleius ‘De ezel in de arena’) waren de ‘performers’ gekleed als dieren, goden of andere personages uit de geschiedenis of mythologie. Zo werd het doden tot ’theater’ gemaakt en was de dood slechts een deel van de rol van de ‘acteurs’.

Aan de andere kant zijn er een paar voorbeelden, die erop wijzen dat er tegengestelde meningen over de spelen bestonden. Niet iedereen genoot van het spektakel van bloed en wrede moordpartijen. Zoals Seneca rapporteerde, waren het vooral de gladiatoren of misdadigers die gedood werden zonder enige mogelijkheid om zich te beschermen, die zich verzetten.

Een van de redenen waarom de respectabele vrouwelijke toeschouwers op de hoogste zitplaatsen zaten, zou kunnen zijn dat vrouwen de aanblik van bloed niet konden verdragen in tegenstelling tot de strijd – geharde mannen.

Natuurlijk kunnen ook de psychologische aspecten niet verwaarloosd worden.

De eerste daarvan is de maffia-mentaliteit. En dit is niet alleen een syndroom dat door de recente psychologie wordt bevestigd, want de geleerden van Rome waren zich bewust van de potentieel destructieve aanleg van menigten. Dit wordt bewezen door Seneca’s uitroep in Brief 7 ‘omgang met menigten is gevaarlijk’.

Hij vervolgt met een beschrijving van zijn eigen ervaring van een spektakel. Hij spreekt over de menigte die vraagt om meer bloed en meer enthousiasme van de stervende slachtoffers omdat de menigte verveeld was geraakt van wat ze gezien had. Hoewel het moeilijk te zeggen is of Seneca overdrijft of ironisch is over zijn medetoeschouwers.

St Augustinus geeft ons een ander voorbeeld dat hij ons vertelt ‘Het verhaal van Alypius’. Alypius had zich door zijn vrienden laten overhalen om naar de gladiatorenspelen te gaan kijken. Hij was vastbesloten om niet van de spelen te genieten en had zijn ogen dichtgedaan. Uiteindelijk, toen hij de menigte hoorde schreeuwen van opwinding, opende hij zijn ogen “en werd dronken van de fascinatie van het bloedvergieten”. Zoals de heilige Augustinus verklaarde, werd Alypius slechts ‘een van de menigte’.

Hoewel dit verhaal een fictie zou kunnen zijn, verschaft het ons een eigentijdse mening.

De gladiatorenspelen waren het ‘professionele’ deel van de spektakels die plaatsvonden in de arena. (Naarmate de populariteit van de spelen toenam, werden er gladiatorenscholen opgericht). De toeschouwers waren ook getuige van de bestraffing van de misdadigers. Dit was een bewijs dat de door de regering afgekondigde aanklachten voor misdadigers werden vervuld.

Omdat de veroordeelden elkaar doodden of zij door dieren werden gedood, verloor het publiek zijn verantwoordelijkheid voor hun dood. Ook kwamen alle ‘performers’ naar de arena als ‘dooddoeners’ en het publiek had de mogelijkheid hen opnieuw het leven te schenken.

Een ander psychologisch aspect is de een van de oudste verslaving – gokken.

Sommige historici suggereren dat de seksuele aantrekkingskracht van gladiatoren vrouwen en/of mannen (want er waren zelfs vrouwelijke gladiatoren) deed komen om de spektakels te zien. Vanuit modern oogpunt zou men de belangstelling voor bloedige gladiatorengevechten ook als een soort perversie kunnen beschouwen.

Het Colosseum en de gladiatorengevechten werden een icoon van Rome. Dit bewijzen de afbeeldingen ervan op muren, vloeren, plafonds of potten die in het hele Romeinse Rijk te vinden zijn.

De morele houding van de eenentwintigste eeuw is anders dan die in het oude Rome zou zijn. Het belangrijkste verschil zit in de huidige algemene opvatting over gelijkheid van alle mensen. We kunnen dus slechts een vaag beeld geven van wat er in de hoofden van de Romeinen omging.

Zdroj: Open universiteit, 2005